Chinese beleidsmakers doen veel fout en dragen zo bij aan de turbulentie op financiële markten. Maar fundamenteel zijn er andere risico’s voor de wereldeconomie die economen en beleggers niet mogen verontachtzamen.
De start van 2016 staat op financiële markten in het teken van China: extreme koersdalingen op Chinese beurzen en de onverwachte daling van de Chinese munt zorgen voor een ruig begin van het beursjaar. Gaat het slechter dan gedacht met de Aziatische grootmacht, vragen veel beleggers zich af.
Willem Buiter, hoofdeconoom bij de Amerikaanse bank Citigroup, vindt dat de Chinese autoriteiten weinig kaas hebben gegeten van het in banen leiden van turbulentie op financiële markten. “China is nooit een markteconomie geweest. De mensen die het overgangsproces moeten begeleiden zijn de partijleiders. Daar zitten weinig economen tussen. (…) De minister van Financiën maakt geen beleid, die voert het uit. Hetzelfde geldt voor de centrale bank”, zegt Buiter in een vrijdag gepubliceerd interview met Het Financieele Dagblad.
“Wat nu zou helpen is een op consumptie gericht impuls, gefinancierd door de overheid via de centrale bank en begeleid door een serieuze verzwakking van de renminbi. Maar dat gaat niet gebeuren”, aldus de econoom. “Het consensusmodel in het Centraal Comité maakt snelle besluitvorming onmogelijk. Wat dat betreft lijkt het Chinese bestuur net op de Europese Centrale Bank.”
Onderschat risico Brexit niet!
Buiter denkt dat China er uiteindelijk wel bovenop komt, maar acht een serieuze groeiverzwakking of zelfs een recessie goed mogelijk. De econoom stelt echter dat beleggers en economen zich niet moeten blindstaren op China.
Zo wordt het gevaar van een Brexit, een vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie, zijns inziens sterk onderschat. Dat zou namelijk ook voor de Amerikaanse economie grote gevolgen hebben.
"Het zou echt een complete nachtmerrie zijn als dat gebeurt, een economische en geopolitieke ramp. Het zou het einde van het Verenigd Koninkrijk betekenen. De Schotten zullen eruit stappen en de euro invoeren. Daarna doen Wales en Noord-Ierland dat ook. Bedenk alleen al dat de onderhandelingen van een Brexit jaren zullen duren. In die onzekerheid zal niemand er willen investeren", aldus de Nederlandse topeconoom in het FD.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl